ROC Amsterdam-Flevoland vergroot impact van Team Content Creation door de regeling OpenUp 

ROC Amsterdam-Flevoland heeft als één van de eerste mbo’s een eigen Team Content Creation (TCC). Dit team was al 2,5 jaar actief toen de regeling OpenUp werd opengesteld. TCC greep deze kans om zijn impact te vergroten. 

02 juli 2025 6 min

ROC Amsterdam-Flevoland bestaat uit twee onderwijsinstellingen, twaalf grote mbo-colleges, zeven vo-scholen en een vo-school voor volwassenen (vavo). In totaal volgen bijna 40.000 leerlingen en studenten lessen aan dit ROC. Vanwege deze schaal was het mogelijk om een eigen TCC in het leven te roepen, dat wordt geleid door Jamie de Vré in de rol van coördinator TCC. Hij vertelt: “We willen meer regie pakken over onze eigen leermaterialen. Natuurlijk gebruiken we ook leermiddelen van uitgevers. Maar als gaan samenwerken met andere ROC’s en onze materialen ook voor hen openstellen, kunnen we kosten verlagen. Ons doel is om een community te creëren van ROC’s die samen digitale content ontwikkelen en met elkaar delen.” 

Omdat de focus ligt op een zo groot mogelijk gebruik van de leermaterialen, focust het team zich in eerste instantie op algemene vaardigheden die aan alle mbo-opleidingen worden onderwezen, zoals Nederlands, rekenen, digitale vaardigheden en burgerschap, alsmede op keuzedelen die in veel opleidingen voorkomen, zoals design thinking.  

Volgende stap in volwassenheid zetten

TCC is een jong team dat zijn weg in de organisatie en in het brede ROC-veld nog moet vinden. Daar helpt de OpenUp-regeling bij. De Vré vertelt: “Ons team bestaat uit ruim zes fte en verschillende expertises: we hebben contentmakers, AV-specialisten, een coördinator en een docentondersteuner. Een collega van mij heeft het team opgezet en toen zij vertrok, kreeg ik de kans het te gaan leiden. We moesten op dat moment alle processen eigenlijk nog vormgeven: hoe pakken we een project aan? Welke expertises betrekken we in welke fase van een project? Hoe verzamelen we zo vroeg mogelijk feedback van docenten en studenten? Hoe zorgen we ervoor dat de door ons ontwikkelde leermaterialen door zoveel mogelijk studenten worden gebruikt?”

Samenwerking helpt versnellen

Ook moest het team zijn bekendheid binnen en buiten de eigen organisatie vergroten. De Vré: “Er waren al samenwerkingen met het Graafschap College, Curio, het Summa College en met het DNA-samenwerkingsverband in Noordoost Nederland (Drenthe College, Noorderpoort en Alfa-college). We zien dat die samenwerkingen helpen om projecten te versnellen en het gebruik van de zelf ontwikkelde leermaterialen aan te wakkeren. Dus je zou dit eigenlijk op grotere schaal willen doen. Daar helpt de regeling OpenUp enorm bij. 

Dankzij regeling OpenUp kunnen we onze samenwerking nog makkelijker versterken. Want die helpen om projecten te versnellen en het gebruik van zelf ontwikkelde materialen aan te wakkeren. 

Impactscan

TCC heeft veel baat gehad bij de aanpak van OpenUp, waarbij de impactscan centraal staat. Daarmee meet je de structurele impact aan de hand van zes pijlers: visie en beleid, professionalisering, cultuur, samenwerking, ondersteuning en infrastructuur. De Vré: “Wij besteedden voorheen ook al aandacht aan die zes gebieden, maar het mooie aan de impactscan is dat we dat nu expliciet maken. Dat zorgt voor meer bewustzijn en focus.”  

Hij noemt als voorbeeld de pijler Infrastructuur. “Als je wilt dat de door jou ontwikkelde materialen breed worden gebruikt, moet je vooraf nadenken wat daarvoor nodig is. Neem bijvoorbeeld de ICT-landschappen, die heel divers zijn. Het moet natuurlijk niet zo zijn dat wij iets ontwikkelen dat bij de helft van de mbo’s niet werkt omdat de software niet compatibel is met hun systemen. Het moet ook niet zo zijn dat een andere ROC de materialen niet kan aanpassen omdat we de modules met een applicatie hebben gebouwd die verder nergens wordt gebruikt.”

Impact maken door verbinding te zoeken

Met de OpenUp regeling wil het TCC drie doelen realiseren: 

  • Het creëren van zoveel mogelijk open content voor zoveel mogelijk studenten;
  • Het ondersteunen van zoveel mogelijk andere teams en docenten bij het maken van content; 
  • Aansluiten op landelijke ontwikkelingen en het aangaan van zoveel mogelijk samenwerkingsverbanden, zodat er volume ontstaat en verschillende teams gebruik kunnen maken van elkaars krachten. 

De Vré vat samen: “Het komt erop neer dat we impact willen maken. Dat doe je niet door als team op een eiland te opereren, maar door verbinding te zoeken met anderen. Hoewel wij uiteraard contentmakers in ons team hebben, is content maken niet het enige wat we doen. We ondersteunen ook docenten en moedigen hen aan om hun eigen materialen te ontwikkelen, waar nodig met wat hulp van ons.”

Adoptieplan

Eén van de terreinen waar TCC in kan ondersteunen is adoptie. “Vanaf het eerste moment dat wij als TCC met een verzoek aan de slag gaan, denken we al na over adoptie: wat doen we om ervoor te zorgen dat de materialen straks niet op een digitale plank belanden, maar daadwerkelijk door zoveel mogelijk docenten wordt gebruikt in hun lessen? Adoptie is een heel breed begrip. Het gaat van zo vroeg mogelijk in het traject al een prototype ontwikkelen waar studenten en docenten hun mening over mogen geven tot aan de communicatie in nieuwsbrieven en op studiedagen.

Hij noemt als voorbeeld een project dat het TCC deed voor het keuzedeel design thinking. “Dit keuzedeel wordt ingezet in drie domeinen, maar er is ook een opleiding die het niet als keuzedeel inzet maar in de hele opleiding verweeft. Wij hebben de e-learnings en interactieve video’s zo ontworpen dat docenten van al die studierichtingen het op verschillende manieren kunnen inzetten in hun lessen. Docenten kunnen de materialen klassikaal gebruiken en bespreken met de groep, maar ze kunnen ook worden ingezet bij zelfstudie.”

Bovendien geldt voor de meeste content dat die wordt gemaakt voor verschillende niveaus. “Stel je zit op niveau 3 maar je hebt nog moeite met bepaalde stof. Dan kun je nog wat extra oefenen met de content die is gemaakt voor niveau 2. Maar beheers je het daarentegen al heel goed, dan kun je ook verder met content van niveau 4. Zo geef je docenten én studenten vrijheid”, zegt De Vré.

Doorbraak forceren

“Het momentum is er en door de extra middelen zijn we in staat om nú een doorbraak te forceren. We geven de ontwikkeling rond open leermaterialen hiermee echt een enorme duw in de rug. Wij hadden als ROC Amsterdam-Flevoland al een bestuur dat in open digitale leermiddelen gelooft en dat ons steunt. Door de aandacht die er nu ook op andere ROC’s voor dit thema is, worden ook andere schoolbesturen zich bewust dat ze een keus hebben; dat ze niet volledig afhankelijk zijn van de materialen van uitgevers, maar dat ze het heft meer in eigen hand kunnen nemen. Dat is mooi om te zien. Ik geloof hier echt in en krijg hier zoveel energie van. Ik ben er heilig van overtuigd dat we nu op een kantelpunt staan. Open leermiddelen die door onderwijsinstellingen zelf worden gecreëerd zijn de toekomst.” 

“Schoolbesturen worden zich bewust dat ze een keus hebben; dat ze niet volledig afhankelijk zijn van de materialen van uitgevers, maar dat ze het heft in eigen hand kunnen nemen.”

Het laatste nieuws